Het belang van voeding bij kanker wordt op dit moment onderschat. Velen geloven dat voeding geen rol van betekenis heeft bij de behandeling van een kankerpatiënt. Sommigen geloven zelfs dat door voeding de groei van de tumor kan toenemen, wat niet op wetenschappelijk bewijs is gebaseerd (Bossola, Pacelli, Rosa, Tortorelli, & Bastista, 2011). Goede voeding kan de symptomen verlichten en de kans op het overleven van kanker vergroten. (Prado, Purcell, & Laviano, 2020). Naar schatting kan de sterfte van 10-20% van de kankerpatiënten worden toegeschreven aan ondervoeding (Arends, et al., 2017).
Het belang van voeding bij kanker wordt op dit moment onderschat. Velen geloven dat voeding geen rol van betekenis heeft bij de behandeling van een kankerpatiënt. Sommigen geloven zelfs dat door voeding de groei van de tumor kan toenemen, wat niet op wetenschappelijk bewijs is gebaseerd (Bossola, Pacelli, Rosa, Tortorelli, & Bastista, 2011). Goede voeding kan de symptomen verlichten en de kans op het overleven van kanker vergroten. (Prado, Purcell, & Laviano, 2020). Naar schatting kan de sterfte van 10-20% van de kankerpatiënten worden toegeschreven aan ondervoeding (Arends, et al., 2017).
Het primaire voedingsprobleem, wat waarschijnlijk ook het meest invloedrijk is op de prognose, is spierverlies. Het is een onafhankelijke indicator van een slechte fysieke functie, een lagere kwaliteit van leven, chirurgische complicaties, kankerprogressie en zelfs verminderde overleving. Spierverlies leidt uiteindelijk tot een lage spiermassa. De prevalentie van lage spiermassa is >50% bij mensen met nieuw gediagnostiseerde kanker. Interessant is dat slechts 10% van de patiënten ondergewicht heeft, wat aantoont dat een lage spiermassa onafhankelijk van het lichaamsgewicht of de vetmassa optreedt (Martin, et al., 2013).
Kankerpatiënten zijn erg heterogeen. De verschillende soorten kanker, de verschillende stadia en de verschillende typen patiënten (obesitas, mager) maken het moeilijk om een universeel voedingsadvies te geven. Patiënten kunnen lijden aan sarcopenie (met of zonder obesitas) of aan cachexie. Cachexie wordt gekenmerkt door onvrijwillig gewichtsverlies en anorexia bovenop spierverlies (Arends, et al., 2017).
Er is veel onderzoek gedaan naar het effect van voeding bij kankerpatiënten. Zoals gezegd is het vanwege de heterogeniteit moeilijk om een universeel advies voor alle patiënten te geven. Een groep experts publiceerde in 2017 een richtlijn voor voeding bij kankerpatiënten. Dit advies is tot stand gekomen na een grondige screening van alle literatuur (Arends, et al., 2017).
De experts kwamen tot de conclusie dat het totale energieadvies voor kankerpatiënten 25-30 kcal/kg lichaamsgewicht/dag is. Over eiwitinname concludeerden ze dat het tussen de 1,2-1,5g/kg lichaamsgewicht/dag zou moeten zijn.
Bij patiënten met kankercachexie werd aangetoond dat een eiwitinname >1,5 g/kg lichaamsgewicht/dag de spiermassa kon behouden of verbeteren, en dat het effect nog aanzienlijker zou kunnen zijn in combinatie met lichaamsbeweging. Dit komt overeen met een recent gepubliceerde position paper (Bauer, et al., 2019). Het is nog niet bekend of 1,5g eiwit/kg lichaamsgewicht/dag voldoende is.
Kankerpatiënten hebben vaak een lagere inname van voedsel door anorexia, smaak-/geurveranderingen, dysfagie, misselijkheid, en braken, waardoor het een grote uitdaging wordt om voldoende voedingsstoffen binnen te krijgen (Prado, Purcell, & Laviano, 2020). Een hoogwaardig(e) drinkvoeding (S-Core range) en/of eiwitsupplement (ProtiMedic) kan worden gebruikt om het vereiste niveau van voedingsstoffen te bereiken.